Mirjam Smelt over de Palliatieve zorg

Mirjam Smelt rondde in 2025 de post-hbo-opleiding Palliatieve zorg af aan Hogeschool Viaa. Wij stelden haar vier vragen over haar ervaringen.

Wat heeft je ertoe bewogen om deze opleiding te volgen?
“Door mijn interesse en leergierigheid heb ik gekozen voor deze opleiding. De zorg in de laatste levensfase heeft namelijk echt mijn hart. Ik had de behoefte om mijn kennis op dit gebied te verdiepen. In de praktijk voelde ik me soms handelingsverlegen en had ik veel respect voor collega’s die zich in de palliatieve zorg hadden gespecialiseerd. Dat triggerde mij om deze post-hbo-opleiding te volgen. Dat de opleiding in Zwolle werd aangeboden gaf uiteindelijk de doorslag, mooi dichtbij huis!”

Wat is je het meest bijgebleven of heeft je geraakt in de bijeenkomsten?
“De opleiding is compleet en veelomvattend opgezet, zowel in de breedte als in de diepte. Daardoor het lastig is om één specifiek moment of onderwerp te noemen dat me het meest heeft geraakt. Ik ben onder de indruk dat Hogeschool Viaa samen met Carend zo’n goede opleiding heeft neergezet, en trots dat wij als eerste lichting zijn afgestudeerd. Alle lof aan degene die dit hebben opgezet!

Als ik dan toch iets moet noemen, zijn het vooral de thema’s rondom rouw en verlies die me hebben geraakt. Met name het idee dat iedereen, ook ikzelf, voortdurend beweegt tussen de verliesgerichte en herstelgerichte kant van rouw.”

Heeft de opleiding je kijk op palliatieve zorg veranderd? Zo ja, op welke manier?
“Zeker, mijn kijk op palliatieve zorg is door de opleiding uitgebreid. Ik herken en markeer de palliatieve fase nu eerder dan voorheen. Door de opleiding begint het proces van palliatief redeneren bij mij vaak al onbewust in een eerder stadium. In gesprekken met zorgvragers herken ik sneller de stijl die iemand in de laatste levensfase hanteert. Bijvoorbeeld dat iemand er liever niet over praat of juist opgelucht is als ik het onderwerp voorzichtig ter sprake breng.

Kortom, doordat ik nu beter ben toegerust met kennis en vaardigheden ben ik beter in staat de palliatieve fase te herkennen en aan te sluiten bij de behoeften die in die levensfase spelen.”

Hoe neem je wat je geleerd hebt mee in je dagelijkse werk of in contact met patiënten/cliënten?
“Dankzij de opleiding heb ik meer kennis, ben ik beter toegerust en durf ik eerder de palliatieve fase te markeren. Daardoor kan ik eerder van betekenis zijn binnen de palliatieve zorg. Ik ben nu proactiever dan voorheen. In mijn dagelijkse werk open ik sneller het gesprek over de vier dimensies van palliatieve zorg (lichamelijk, psychisch, sociaal en spiritueel) en probeer ik aan te sluiten bij wat mensen daarin nodig hebben.”